Over de Bruiloft

De Bruiloft  voegt van het licht van de hemel met het 'niets ' van de wereld.

Het wezen van de religie

Tot in de diepe lagen van onze ziel is het religieuze in onze maatschappij belast met bevoelens van schuld. Dit gegeven is zeer betreurenswaardig, om niet te zeggen: schandalig. Er is  moet immers iets mis zijn met een religie als ze in het bewustzijn van een groot deel van de mensen eerder wordt geassocieerd met beschuldiging en veroordeling dan met schuldvergeving en genade.

Moet een religie oproepen tot een breuk met de wereld? Is de opdracht van de religie het duidelijk maken van het besef dat de gehele aardse werkelijkheid niet in staat is om de mens tevreden en gelukkig te maken? Of is religie als we het positief bekijken het weethebben van een oneindige, geestelijke waardigheid en roeping, en biedt het de mogelijkheden om dit waar te maken?

Reageert religie in eerste instantie met een vernietiging van alle natuurlijke genoegens en onze onbevangen natturlijkheid  ten opzichte van onszelf en de dingen van de wereld. Is de pijn en het verdrietige gevoel van verlatenheid, ontheemding en onveiligheid van deze vergankelijke wereld de directe prijs voor het kostbaarste bezit van de mens, namelijk dat hij op grond van de religie er fundamenteelbontevreden mee moet zijn om alleen maar te leven, het leven door te geven en zichzelf gedurende een zeer beperkte tijd op aarde in leven te houden. Dat zou betekenen dat religie oproept om je af te keren van de wereld.

Het verlies van wat ons lief is

De uitdrukking die past bij de afwending van de wereld is 'vasten'. Vasten is in wezen een uitdrukking van treurigheid en alle treurigheid is uiteindelijk alleen maar een uitdrukking van het gevoel its wezenlijks te hebben verloren. Zelfs in de biologie nemen wij dit fenomeen waar. Het verlies van iets wat ons lief is, beneemt ons de eetlust en maakt ons onverschillig tegenover alles wat ons vroeger plezier verschafte en op zich als aantrekjelijk werd beleefd.

Maar wat zich als biologisch gedragspatroon van geval tot geval manifesteers als 'vasten', dat krijgt in de religie een metafysische betekenis. In de religie gaat voor de mens ten aanzien van het vermoeden van het oneindige en het eeuwige de gehele wereld als waarce ten gronde. Religieus gezien lijkt het eigen bestaan waardeloos en even vergankelijk als alles waaraan wij ons bestaan hebben opgehanben of in ieder geval hadden willen vastmaken.  Het onderstreept voortdurend de kortstondigheid van het leven.

Het beeld van de bruiloft

Doorgaans gelden alle beelden van bruiloft en bruiloftsmaal, van bruid en bruidegom, als een verwijzing naar de toekomstige tijd waarin God en mens als geliefden  met elkaar verbonden zijn. Het beeld van de bruiloft ligt veel dieper en oorspronkelijker in de mens dan het niveau van schuldgevoelens. Aan het slot van talloze sprookjes vieren de held en de bevrijde prinses met elkaar naar de verlangde bruiloft en dat is een duidelijk, vaststaand symbool  in de mythen en sprookjes van de volken van alke tijden en streken.

Bijna altijd betekent dit beeld de innerlijke eenheid van de mens, de vereniging van zijn bewustzijn met het materiaal van zijn wellicht lang onderdrukte en misvormde onbewuste  en dus de heelheid van zijn persoon, van menselijke existentie. De bruidegom kan psychologisch dan ook gelden als symbool voor de mens die zichzelf, zijn eigen innerlijk heeft gevonden

De ontdekking van het eeuwige

Het beeld van de bruidegom en het effect op een dergelijke heelheid van de menselijke existentie is in religieuze zin heel wezenlijk. Het betekent dat de tegenstelling God en mens, het aardse leven  en het hiernamaals, tijd en eeuwigheid, hemel en aarde niet langer tegenstellingen hoeven te zijn. Waar de religie, de ontdekking van het eeuwige, eerst de mens uit zijn natuurlijkheid losrukt en ook in psychologische zin de eenheid met zichzelf in stukken snijdt, lijkt uit  het beeld van de Bruidegom , dat God en mens elkaar niet meer tegenspreken en dat de mensen in de eenheid met God ook in zichzelf psychisch de weg naar hun heelheid en hun identiteit kunnen vinden.

Dit is een radicale tegenstelling tot de gebruikelijke religieuze praktijken. Waar religie normaal gesproken de mens aanspoort om het aardse af te schudden  om het hemelse te verwerven en de religie dus de mens uiteenscheurt in geest en zinnelijkheid, is het mogelijk dat de mens zichzelf kent in een onoplosbare eenheid met God die het mogelijk maakr om voor eens en voor altijd de kloof tussen de geestelijke en de aardse wensen en behoeftes weer te sluiten. De mens in zijn geheel geplaatst in een andere, volkomen nieuwe relatie tot zichzelf en God.

Geen misverstanden

Dient  het geloof in God alleen  maar om uit deze wereld weg te komen? Met deze houding van een vlucht uit de wereld en een verlangen naar het hiernamaals  blijft het in wezen geheel onbegrijpelijk waarom God de wereld eigenlijk heeft geschapen. Als God werkelijk had gewild dat de enige wezenns die in staat zijn om zichzelf achter de hele schepping waar te nemen, zich meteen weer van deze aarde vandaan zouden wensen, wat voor meedogenloze gril zou hem er dan toe hebben gebracht om de mens uberhaupt  de wereld in te sturen? 

 Zou het hoogste en edelste in de mens , zijn vermogen tot religie, werkelijk alleen maar dienen om de mens in naam van God in conflict te brengen met zichzelf en de hele wereld om hen heen? Laat dat God niet ook zelf tegenstrijdig lijken, als Hij een hele wereld alleen maar schept om die vervolgens van de mens af te pakken? En ten slotte: moet een dergelijke religiositeit van tweespalt en eindeloze hunkering niet onvermijdelijk in de mens een onoverkomelijke angst voor zichzelf en voor God achterlaten.

God bevestigt en accepteert de mens midden in de wereld, die zijn schepping is en neemt als een Vader de mens bij de hand en leidt hem voorbij alke angst deze wereld binnen. Het is duidelijk in het beeld van de Bruidegom en de bruiloft dat wij veel meer van God leren dan dat Hij de mens van de wereld vervreemdt. 

Wij kunnen vooral van God leren dat Hij de wereld aan de mens teruggeeft als een terrein van geluk, als een geschenk van liefde. De mensen zijn geen slaven, maar kinderen van God.

De weg van de synthese

Deze nieuwe ontdekking staat in  contrast met alle natuurlijke religies, alle van angst verkrampte Godsbelijdenissen en alle traditionele voorstellingen van God. De tegenstelling kan niet groter zijn. De weg van  de synthese, van een nog nooit geziene en met ongehoorde zekerheid beleefde eenheid tussen God en mens, tussen hemel en aarde, tussen  oneindigheid en eindigheid, tussen Schepper en schepsel. 

Menselijk leven betekent juist om van God uit deze zo bedenkelijke en beperkte aardse wereld niet te verachten , maar haar van God uit opnieuw te aanvaarden en daarom de paar decennia van ons aardse leven niet als overbodige ballast van ons af te schudden, maar te zien als geschenk  en opdracht van God.

Het komt er juist op aan om van God uit deze wereld, ons eigen leven met alke grenzen en beperkingen, geheel en zonder voorbehoud te omarmen, door deze wereld te leren kennen als uitdrukking en weerspiegeling van God zelf.

Alles nodigt er in wrzen toe uit om God niet aan gene zijde van ons leven te zien, aan gene zijde van deze wereld, maar juist hier en nu, in de vormen van ons bestaan, als in een spiegel. Onze juiste geesteshouding, namelijk dat God niet voirbij onze wereld, maar juist hier, in deze wereld ons bnabij is en tot ons spreekt: een bruiloft van het licht van de hemel met het 'niets' van de wereld, een verbinding van de wind van de oneindigheif met de zwaarte van het stof van deze werekd, een huwelijk van de zwevende droom met de heldere gestalte van de dag.

Alles in ons leven draait om de ontdekking van deze waarheid.