Als de hemel valt
Als de hemel valt
De hemel valt
De druk op God wordt groter en Ze draagr het allemaal
Maar als de hemel valt, zullen we het samen moeten dragen
En kunnen Zij en Allah samen even weg
Wat zijn woorden opgeschreven als de kern ervan niet wordt begrepen
Voorbij het punt van lezen is de kunst van leven
Tussen de regels buiten de kantlijn
Hoe anders zou het zijn?
Ben een gezegend man maar een man met gebreken
Soms belabberd, niet eerlijk, soms te berekenend.
Alles op de tekentafel
Liefde..... geven is makkelijk maar ontvangen van een ander kaliber.
Je kent m'n streken en m'n kracht
Kent de muziek, de poëzie en wat het heeft gebracht.
En ik ben dankbaar voor mijn lach
Als ik dat niet had was ik depri of suïcidaal
Ze zeggen 'doe normaal , verman jezelf.,
Al gaat het goed, dit paradijs lijkt soms verdacht veel op een hel.
Maar goed, ik sta versteld, sta stil en herinner me
alles is er al van binnen.
Misschien ben ik een domme jongen maar mijn God zeg me waarom
men zonden blijft verkondigen als liefde de bron is.
Dat is geen brood maar kruimels uit mensenhanden niet die van jou of een
zogenaamde duivel.
Zeg, hoe is het nou?
Als een multi-spagaat.
Er altijd zijn voor iedereen en alles
Beetje zoals m'n eigen ma.
Zij is te goed voor deze wereld
We willen meer, plus door de crisis is iedereen skeer.
En dan die eeuwige strijd,klokdrama aan de deur, het geweten van de party
Ja, we wilken ons gelijk opgehangen aan ideeën van 't liefst een waarheid.
Liefje hoe zou het zijn, even een break
Telekinetisch of met de trein
Pootje baden in het universum, modderbad, verse koffie en de ochtendkrant.
- Tyfhoon
Laat God zich vinden?
What you seek is seeking you.
- Rumi
- ----------------
Naar U, levende,
Klimt mijn ziel.
U vertrouw ik:
Dat Gij zijt.
U verlang ik
Ooit te zien.
Door de nacht heen
Zien uw ogen mij.
Van mijn ellende
Keer U niet af.
Mijn vertrouwen
Beschaam het niet.
Op U wachtte ik levenslang
Elke dag weer
Zoeken mijn ogen jou.
Laat je nu vinden
Liefde
Keer je niet af.
- Psalm 25 bewerling H. Ooosterhuis
Ziel
Ziel
Kleinste onbekende doe mij gaan
door deze nacht dit maanlandschap
dit onbestaan
tot waar wie op mij wacht
die achter namen woont
hartslag doodstille duur
van dit ontvonkt moment
die wonder is dorst
lafenis die ongevonden vondeling
de zielsbeminde die mij kent.
- J.v.h.Kruis vertaling Huub Oosterhuis
Mijn ziel is zo jong
Mijn ziel is zo jong als op de dag dat hij geschapen werd,
ja en nog veel jonger.
Ik zeg je, ik zou beschaamd staan, als hij morgen niet jonger zou zijn als vandaag.
Wanneer men duizend jaar lang aan het leven vroeg:
Waarom leeft ge? Dan zou het, als het al antwoorden zou,
alleen maar zeggen: ik leef om te leven.
Wie op alle plaatsen thuis is, die is aan God gewaagd.
En wie door alle levenstijden heen zichzelf wordt,
hem is God hier en nu.
In wie al wat geschapen is tot zwijgen komt,
in hem baart God zijn zoon.
- Eckhart
De oneindigheid
De aarde schuilt in een korrel zand,
het heelal in een bloembad puur,
de oneindigheid in de palm van uw hand
en de eeuwigheid in een uur.
- W. Blake
Zover ik zien kon
Zover ik zien kon geen vuur brandde,
geen licht gloorde, alsof licht nog nooit geroepen was,
vuur nog niet uitgevonden, , ben ik gegaan-
mijn ziel in mij een laaiende strohalm.
Ben ik gegaan de torentrappen of door spiegelgangen
de kasteeltuin door de slotbrug over de valkuil van de slaap voirbij,
waar ben ik heen gegaan -
Mijn ziel in mij een gloeiende draad een laaiende strohalm.
- J.v..h.Kruis vertaald door Huub Oosterhuis
Jij, jij,jij!
Waar ik ga- jij!
Waar ik sta -- jij!
Alleen jij, weer jij, altijd jij!
Jij,jij,jij!
Gaat het mij goed - jij!
Als het mij pijn doet- jij!
Alleen jij, weer jij,
altijd jij!
Alleen jij, weer jij,
altijd jij!
Jij,jij,jij!
Hemel- jij, aarde - jij,
boven - jij, beneden- jij,
waarheen ik mij wend,
aan elk einde,
alleen jij, weer jij, altijd!
Jij,jij,jij!
Jij die in mij woont
Jij die in mij woont
met de kracht als van een opspuitende bronwel,
vol sprankelend,
levendgevend, water.
- Levi Jizchak van Berditschew
Geliefde van mijn ziel
Geliefde van mijn ziel, erbarmende Vader, trek Uw dienaar mee naar waar U hem wilt.
Rennen zal dan Uw dienaar als een hinde om te komen buigen voor Uw glorie.
Zoeter dan het drupsel van een honingraat, dan welke smaak ook,
zal hem Uw vriendschap zijn.
Glorievolle, stralend licht der wereld, hoe smacht naar Uw liefde mijn ziel.
Wilt toch u God, wil toch haar genezen - door haar de verrukking van Uw straling te tonen.
Dan zal ze gesterkt zijn en genezen en eeuwige vreugde wordt haar ziel.
Gij van het oerbegin, wil Uw erbarmeb wekken, heb meelij met de zoon van Uw Geliefde,
het is zo lang dat ik gehunkerd heb naar de schittering van Uw macht.
Dit alleen verlangt mijn hart, heb meelij toch, verberg U niet.....
Wilt toch U doen voelen en spreid, mijn liefste, de beschutting van Uw vrede over mij uit,
verlicht de aarde met Uw glorie.
Blij en vol vreugde zullen wij met U zijn.
Haast U, toon liefde, want de tijd is gekomen.
Toon ons Uw genade als in de dagen van toen.
Vlug toch, toon ons Uw liefde, want het uur is gekomen,
begunstig ons als in de dagen van weleer.
- Mystiek Sjabbatslied door Rabbi Eliezer Azikri 16e eeuw
Kom, leef je uit in mij!
Ik heb het - tot mijn schade en schande- klaar gekregen( wie laat nu het meest vrij?) Om jaar na jaar stenen te verzamelen en daarmee die bronwel in mij te begraven onder puin en gruis en eigen drukdoenerij.
Ik moet Jou weer opgraven in mij, opdelven in mijn diepste diep, het schilderijtje van mijn wezen, mijn gelaat grondig laten restaureren van jarenlang vuil. Jij hebt er Jouw gezicht in uitgetekend, daar waar Jij verblijf houdt, diep in mij.
Wanneer krijg jij klaar om Jouw beeltenis in mijn wezen weer van blijdschap te laten stralen in dat verfrissend, opspattend bronwater, daar diep, heel diep in mij verborgen?
Kom trek me naar binnen, blijf kloppen aan de poort, want ook mijn oren zijn doof geworden, blijf schijnen in de nacht want de blindheid van mijn ogen is bijna totaal.
Kom, delf op mijn ware gelaat, maak mij mooi, maak van mij Jouw liefste mens, ik kan niet meer zonder Jou, Jij die woont in mij, opborrelende Minnekracht wassend water dat leven doet.
Kom, leef je uit in mij!
- Ruusbroec
Didn't I tell you
Do not leave me for I am your only friend,
I am the spring of life.
Even if you leave in anger for thousand of years
you will come back for me for I am your goal and
your end.
Didn't I tell you not to be seduced by this
colorful world for I am the Ultimate Painter,
Didn't I tell you you are a fish do not go to dry land
for I am the deep sea.
Didn't I tell you not to fall in the net like birds
for I am your wings and the power of light.
Didn't I tell you not to let them change your mind
and turn you to me for I am your fire and warth.
Didn't I tell you they will corrupt you and make you forget
that I am the Spring of all virtues.
Didn't I tell you not to questions my actions for everything
falls into order, I am the Creator.
Didn't I tell you your heart can guide you home because
it knows that I am your master.
- Rumi
Secret ways
Don't despair
When the Beloved sends you away.
Today's rejection may turn tomorrow to an invitation.
If the door shuts,
don't go away.
Be patient, even if every possibility seems closed.
He has secrets ways know to no else.
- Rumi
Het gedicht van de nacht
In een nacht, aardedonker, in brand geraakt en
radeloos van liefde, - en hoe had ik geluk! -
ging ik eruit en niemand die 't merkte -
want mijn huis lag reeds te slapen.
In 't donker, geheel veilig langs de geheime trap
en in vermomming, - en hoe had ik geluk!- in
't donker ongezien ook, want alles in mijn huis lag reeds te slapen.
In de nacht die de kans geeft, in het geheim, zodat geen mens mij zien kon
en ook ikzelf niets waarnam: ik had geen ander leidslicht dan wat er in
mijn eigen binnenste brandde.
Dat was het dat mij leidde - zekerder dan het zonlicht op de middag
- daarheen waar op mij wachtte, van wie ik zeker zijn kon en op
een plaats waar niemand ooit zou komen.
O nacht die mij geleidt hebt!
O nacht, mij liever dan het morgengloren!
O nacht die hebt verenigd Beminde met beminde,
Beminde, opgegaan in de Beminde!
Aan mijn borst, wei vol bloemen,
Hem alleen, onbetreden voorbehouden,
daar is Hij ingeslapen en heb ik Hem geliefkoosd
en gaf de waaiers van de ceders koelte.
De koelte van de tinnen kwam, onderwijl ik
door zijn haren streek, met haar hand licht en rustig,
mij aan de hals verwonden
en stelde al mijn zinnen buiten werking.
Mijzelf liet ik, vergat ik; ik drukte het gelaat aan
mijn Beminde; het al stond stil,
ik liet mij gaan, liet al mijn zorgen liggen,
tussen de witte leliën vergeten.
- J.v.h.Kruis vertaling J.Peters
Wereld en zelf
Een netwerk van ogen houdt de wereld bij elkaar,
zorg dat ze niet valt. En al weetik niet hoe het de blinden vergaat,
mijn ogen zoeken steun op een rug die van god kan zijn.
Maar zij zoeken een ander net, een andere draad,
die ogen loopt te sluiten in een geleend kostuum en een
regenbui ontketent al zonder bodem en zonder hemel.
Mijn ogen zijn op zoek naar wat ons dwingt onze schoenen
uit te trekken om te zien of er iets anders is dat ons van onderen
steunt of een vogel uit te vinden om te onderzoeken of de lucht
bestaat of een wereld ts scheppen om te weten of god bestaat of
een hoed op te zetten om te bewijzen dat wij bestaan.
- Roberto Juarrez Verticale Poëzie